Loading...

Verhandelingsreglement ter voorkoming van misbruik van voorwetenschap en preventie van marktmisbruik

Inleiding

Dit Verhandelingsreglement maakt integraal deel uit van het Corporate Governance Charter van de Vennootschap en werd afgestemd op toepasselijke wet- en regelgevingen (in het bijzonder de Verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik (de Verordening Marktmisbruik), de Wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten en de Corporate Governance Code 2009). Dit verhandelingsreglement treedt in werking op 16 september 2016.

Beleidsverklaring

In dit Verhandelingsreglement wordt het interne beleid van de Vennootschap inzake de voorkoming van misbruik van Voorwetenschap en preventie van marktmisbruik vastgelegd.

De Raad van Bestuur van de Vennootschap heeft de hiernavolgende regels opgesteld, om te vermijden dat Voorwetenschap (zoals hieronder gedefinieerd) door de "Betrokken Personen" (zoals hieronder gedefinieerd) op onwettelijke wijze zou worden aangewend, of dat zelfs maar een dergelijke indruk zou kunnen worden gewekt.

Deze verbodsbepalingen en het toezicht op de naleving ervan zijn er in de eerste plaats op gericht om de markt als dusdanig te beschermen. Handelen met Voorwetenschap raakt immers het wezen van de markt. Als aan Betrokken Personen de kans wordt gelaten om op grond van Voorwetenschap winsten te realiseren (of indien hieromtrent nog maar de indruk wordt gecreëerd), zullen investeerders de markt de rug toekeren. Een verminderde belangstelling kan de liquiditeit van de genoteerde aandelen aantasten en verhindert een optimale financiering van de onderneming.

Om de naleving van de wettelijke bepalingen na te streven en de reputatie van de Vennootschap in stand te houden, is het bijgevolg wenselijk een aantal preventieve maatregelen te nemen in de vorm van een gedragscode. Deze gedragscode bevat de minimumstandaarden die moeten worden gevolgd, naast de toepasselijke wet- en regelgevingen. Het naleven van de regels opgenomen in deze gedragscode ontslaat de betrokkene echter niet van zijn of haar individuele verantwoordelijkheid.

Overeenkomstig artikel 69ter van de Wet van 2 augustus 2002 (ingevoerd met het oog op de tenuitvoerlegging van onder meer artikel 32, derde lid van de Verordening Marktmisbruik) heeft de Vennootschap eveneens voorzien in een interne procedure voor het melden van daadwerkelijke of potentiële inbreuken op onder meer de regels inzake marktmisbruik zoals neergelegd in de Verordening Marktmisbruik, de Wet van 2 augustus 2002 en dit Verhandelingsreglement (de “Klokkenluidersregeling”). De Klokkenluidersregeling is als Bijlage A bij dit Verhandelingsreglement gehecht en maakt integraal deel uit van dit Verhandelingsreglement en derhalve van het Corporate Governance Charter. De Klokkenluidersregeling kan eveneens afzonderlijk worden geraadpleegd op de website van de Vennootschap.

Basisbeginselen inzake misbruik van voorwetenschap

Gedurende de normale bedrijfsuitoefening kan een persoon toegang krijgen tot Voorwetenschap. Op die persoon rust dan de belangrijke plicht deze informatie vertrouwelijk te behandelen, en zolang hij beschikt over Voorwetenschap zich te onthouden van het verhandelen van de financiële instrumenten van de Vennootschap1 en andere gedragingen verboden door de VerordeningMarktmisbruik.

Definities

II 1.1. Wie is de Vennootschap?

de naamloze vennootschap Retail Estates, openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch Recht, met maatschappelijke zetel te 1740 Ternat, Industrielaan 6, ingeschreven in het Rechtspersonenregister van de Kruispuntbank van Ondernemingen te Brussel (Griffie van de Nederlandstalige Rechtbank van Koophandel) onder het nummer 0434 797 847.

II 1.2. Wie is Insider?

Wordt als "Insider" beschouwd voor de doelstelling van deze regels: elke persoon die toegang heeft tot Voorwetenschap met betrekking tot Retail Estates nv, in het algemeen of met betrekking tot een specifiek project of een specifieke gebeurtenis in verband met Retail Estates nv (ongeacht de wijze waarop die persoon toegang heeft tot Voorwetenschap).

II 1.3. Wat is Voorwetenschap?

Opdat informatie als Voorwetenschap zou worden beschouwd, dient ze aan vier cumulatieve voorwaarden te voldoen:

  • De informatie moet concreet zijn. Vage en onprecieze geruchten kunnen dus nooit als Voorwetenschap worden beschouwd. Het is echter belangrijk te weten dat de informatie niet noodzakelijk dient te slaan op gebeurtenissen of situaties die reeds hebben plaatsgevonden of die zeker zullen plaatsvinden. Informatie over gebeurtenissen of situaties waarvan redelijkerwijze mag worden aangenomen dat zij zullen plaatsvinden, kan eveneens voldoende concreet zijn, indien de informatie specifiek genoeg is om er een conclusie uit te trekken omtrent de mogelijke invloed van die gebeurtenis of situatie op de koers van financiële instrumenten of van daarvan afgeleide financiële instrumenten van de Vennootschap. In het geval van een in de tijd gespreid proces dat erop gericht is een bepaalde situatie of gebeurtenis te doen plaatsvinden (of hiertoe resulteert), kan deze toekomstige situatie of gebeurtenis, alsook de tussenstappen in dat proces die verband houden met het ontstaan of het plaatsvinden van die toekomstige situatie of gebeurtenis, in dit verband als concrete informatie worden beschouwd.
  • De informatie moet, rechtstreeks of onrechtstreeks, betrekking hebben op de Vennootschap of op financiële instrumenten van de Vennootschap. Deze informatie kan bijvoorbeeld gaan over de resultaten van de Vennootschap, een nakende fusie, stijgingen of dalingen van dividenden, uitgiften van financiële instrumenten, de ondertekening van contracten, wijzigingen in het management, strategische wijzigingen.
  • De informatie mag nog niet openbaar gemaakt zijn, met andere woorden nog niet op algemene wijze verspreid zijn onder het publiek van de investeerders. Informatie wordt pas geacht haar karakter van Voorwetenschap te hebben verloren, wanneer zij werkelijk openbaar is gemaakt via massamedia, zoals via de geschreven pers of via de website.
  • De informatie moet van die aard zijn dat, indien zij openbaar zou worden gemaakt, de koers van de financiële instrumenten van de Vennootschap (of daarvan afgeleide financiële instrumenten) significant zou kunnen worden beïnvloed. Van informatie wordt aangenomen dat zij de koers van financiële instrumenten of van daarvan afgeleide financiële instrumenten aanzienlijk zou kunnen beïnvloeden, wanneer een redelijk handelende belegger waarschijnlijk van deze informatie gebruik zou maken om er zijn beleggingsbeslissingen ten dele op te baseren. Of de koers bij een latere bekendmaking ook effectief werd beïnvloed, is niet relevant.

II 1.4. Welke handelingen zijn verboden?

De volgende handelingen zijn verboden voor eenieder die weet of zou moeten weten dat de informatie in zijn bezit Voorwetenschap uitmaakt:

  • Verbod te verhandelen: voor eigen rekening of voor rekening van een derde, zowel rechtstreeks als onrechtstreeks, financiële instrumenten van de Vennootschap, te verkrijgen of te vervreemden of te pogen deze te verkrijgen of te vervreemden, dan wel opdracht geven om die te verkrijgen of te vervreemden. Dit verbod betreft zowel beursverrichtingen als buitenbeursverrichtingen. Het is eveneens verboden om een order met betrekking tot de financiële instrumenten van de Vennootschap waarop de Voorwetenschap betrekking heeft, te annuleren of aan te passen wanneer de order werd geplaatst voordat de betrokken persoon over Voorwetenschap beschikte.
  • Verbod te communiceren: Voorwetenschap aan een derde meedelen, tenzij in het kader van de normale uitoefening van zijn werk, beroep of functies. Bijgevolg is eenieder die over Voorwetenschap beschikt gehouden tot een zwijgplicht. Slechts indien men deze zwijgplicht doorbreekt in de normale uitoefening van zijn of haar werk, beroep of functie, is men niet strafbaar. Het is eveneens verboden om aanbevelingen of aansporingen (zie hieronder) verder door te geven wanneer de persoon die de aanbeveling of aansporing bekendmaakt, wist of had moeten weten dat deze op Voorwetenschap was gebaseerd.
  • Verbod te tippen: op grond van Voorwetenschap aan een derde aanbevelen financiële instrumenten waarop de Voorwetenschap betrekking heeft, te verkrijgen of te vervreemden, dan wel ze door een derde te laten verkrijgen of vervreemden, of een derde hiertoe aan te zetten. Het is eveneens verboden om op grond van Voorwetenschap aan een derde aan te bevelen om een order betreffende financiële instrumenten waarop de Voorwetenschap betrekking heeft, te annuleren of te wijzigen, of een derde hiertoe aan te zetten. Het gebruik van deze aanbevelingen of aansporingen komt neer op handel met Voorwetenschap indien de persoon die de aanbeveling of aansporing gebruikt, weet of zou moeten weten dat deze op Voorwetenschap is gebaseerd.

II 1.5. Sancties?

De Wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten voorziet bij schending van het verbod op de hierboven beschreven handelingen in bijzondere straf- en administratiefrechtelijke sancties.

Gedragscode

Dit Verhandelingsreglement vormt een gedragscode voor de bestuurders, personen met leidinggevende verantwoordelijkheid[1], evenals de kaderleden en alle werknemers van de Vennootschap, alsook iedere andere Insider (zoals bijvoorbeeld interimpersoneel, gedetacheerde werknemers en administratieve medewerkers van bestuurders die toegang hebben tot de communicatie van de Vennootschap met haar bestuurders) (de “Betrokken Personen”). Deze gedragscode bevat de minimumstandaarden die moeten worden gevolgd, naast de toepasselijke wet- en regelgevingen en ontslaat de Betrokken Persoon niet van zijn individuele strafrechtelijke en burgerrechtelijke aansprakelijkheid en verantwoordelijkheden.

De Raad van Bestuur van de Vennootschap stelt de lijst op van personen die voldoen aan de omschrijving van “Betrokken Persoon”. Dit Verhandelingsreglement houdt ook bepaalde verplichtingen in voor nauw verbonden personen3 (zie met name punten III 1.4 en III 1.5).

III 1.1. Naleving van de wet

Door zijn of haar werk, beroep of functies kan een Betrokken Persoon kennis krijgen van informatie waarvan hij of zij weet of redelijkerwijze moet weten dat het Voorwetenschap betreft. Krachtens de wettelijke bepalingen terzake is het verboden te verhandelen, te communiceren, te tippen, deel te nemen aan daartoe strekkende afspraken of anderen daartoe aan te zetten, zoals beschreven in punt II.1.4.

Deze paragraaf doet geen afbreuk aan de meldingsplicht zoals voorzien in punten III. 1.4 en III 1.5.

III 1.2. Lijsten van personen met toegang tot Voorwetenschap

Overeenkomstig artikel 18 van de Verordening Marktmisbruik houdt de Vennootschap een lijst bij van alle personen die op basis van een arbeidscontract werkzaam zijn bij, of anderszins taken verrichten voor, de Vennootschap, en in het kader daarvan toegang hebben tot Voorwetenschap, zoals adviseurs, accountants en ratingbureaus.

Deze lijst van Insiders moeten voortdurend worden bijgewerkt (o.a. wanneer zich een wijziging voordoet in de reden waarom een persoon op deze lijsten wordt vermeld, wanneer een nieuw persoon toegang verkrijgt tot Voorwetenschap of wanneer een persoon niet langer over Voorwetenschap beschikt) en aan de FSMA worden meegedeeld wanneer deze hierom verzoekt.

De Compliance Officer (zoals hierna gedefinieerd) zal deze lijsten opstellen en bijwerken en gedurende minstens 5 jaar vanaf hun opstelling of actualisering bewaren. Op verzoek van de FSMA zullen de lijsten aan haar worden meegedeeld. Elke persoon die op deze lijsten wordt opgenomen of ervan wordt geschrapt, zal hiervan persoonlijk en onmiddellijk op de hoogte worden gesteld.

De Vennootschap houdt tevens een lijst bij van alle personen met leidinggevende verantwoordelijkheden en de nauw met hen verbonden personen.

III 1.3. Compliance Officer

Elke Betrokken Persoon die aandelen, schuldinstrumenten of afgeleide of andere financiële instrumenten die ermee zijn verbonden van de Vennootschap wenst te verkrijgen of te vervreemden (inclusief de aanvaarding van opties op aandelen) of die financiële instrumenten uitleent of als zekerheid verstrekt met het oog op het verwerven van een specifieke kredietfaciliteit, zal dat schriftelijk melden aan de Compliance Officer, of indien de Compliance Officer zelf wenst te handelen, aan de voorzitter van het auditcomité, minstens drie beursdagen voor de verrichting. De Betrokken Persoon dient in zijn of haar melding te bevestigen dat hij of zij niet over Voorwetenschap beschikt.

De Compliance Officer, of, in voorkomend geval, de voorzitter van het auditcomité, zal de betrokkene op dat ogenblik informeren over het al dan niet van kracht zijn van een Gesloten Periode of Verboden Periode. Naar aanleiding van de kennisgeving door de Betrokken Persoon kan de Compliance Officer een negatief advies formuleren over de geplande verrichting. Teneinde te vermijden dat door de motivering zelf van het negatief advies voorkennis zou worden meegedeeld, moet het negatief advies van de Compliance Officer niet worden gemotiveerd. Bij negatief advies vanwege de Compliance Officer, moet de Betrokken Persoon dit advies als een expliciete afkeuring van de verrichting door de Vennootschap beschouwen. Het negatief advies kan niet worden betwist. De Betrokken Persoon kan de door hem gemelde transactie enkel uitvoeren indien hij een schriftelijke goedkeuring (een e-mail geldt eveneens als schriftelijk bewijs) hiertoe ontvangt van de Compliance Officer.

Behoudens uitzonderlijke omstandigheden voorzien in de Verordening Marktmisbruik of in dit Verhandelingsreglement, zal de Compliance Officer in elk geval een negatief advies formuleren indien de Betrokken Persoon financiële instrumenten van de Vennootschap wenst te verhandelen tijdens een Gesloten Periode of Verboden Periode.

Het uitblijven van een negatief advies van de Compliance Officer doet echter geen afbreuk aan de toepassing van de wettelijke bepalingen zoals hierboven vermeld. Het eventueel stilzwijgen van de Compliance Officer over de verrichting gedurende meer dan twee bankwerkdagen wordt beschouwd als een negatief advies.

Indien de transactie doorgaat, moet de Betrokken Persoon de Compliance Officer hiervan informeren uiterlijk op de eerste dag na de verrichting, met vermelding van het aantal verhandelde financiële instrumenten en de prijs waartegen zij werden verhandeld.

Indien de Betrokken Persoon een persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid binnen de Vennootschap is, dient de Betrokken Persoon eveneens de transactie binnen de drie werkdagen na de transactie te melden aan de FSMA en de Vennootschap in overeenstemming met de wettelijke regels ter zake. Die verplichting is eveneens van toepassing op de personen die nauw verbonden[2] zijn met personen met leidinggevende verantwoordelijkheid. De voornoemde verplichting is echter slechts van toepassing op iedere volgende transactie zodra het totale bedrag van de transacties (zonder verrekening) binnen een kalenderjaar de drempel van EUR 5.000 heeft bereikt.

III 1.4. Melding van beurstransacties (intenties en effectieve handel)

Elke Betrokken Persoon, alsook elke nauw met personen met leidinggevende verantwoordelijkheid verbonden personen, die financiële instrumenten van de Vennootschap wenst te verkrijgen of te vervreemden zal dat schriftelijk melden aan de Compliance Officer, of indien de Compliance Officer zelf wenst te handelen, aan de voorzitter van het auditcomité, minstens drie beursdagen voor de verrichting. De Betrokken Persoon dient in zijn of haar melding te bevestigen dat hij of zij niet over Voorwetenschap beschikt.

De Compliance Officer, of, in voorkomend geval, de voorzitter van het auditcomité, zal de betrokkene op dat ogenblik schriftelijk informeren over het al dan niet van kracht zijn van een Gesloten Periode of Verboden Periode (zoals hierna in punt III 1.6 gedefinieerd). Naar aanleiding van de kennisgeving door de Betrokken Persoon of de nauw met een persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid verbonden persoon, kan de Compliance Officer een negatief advies formuleren over de geplande verrichting. Teneinde te vermijden dat door de motivering zelf van het negatief advies Voorwetenschap zou worden meegedeeld, moet het negatief advies van de Compliance Officer niet worden gemotiveerd. Bij negatief advies vanwege de Compliance Officer, moet de Betrokken Persoon of de nauw met een persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid verbonden persoon dit advies als een expliciete afkeuring van de verrichting door de Vennootschap beschouwen. Het negatief advies kan niet worden betwist. De Betrokken Persoon of de nauw met een persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid verbonden persoon kan de door hem gemelde transactie enkel uitvoeren indien hij een schriftelijke goedkeuring (een e-mail geldt eveneens als schriftelijk bewijs) hiertoe ontvangt van de ComplianceOfficer.

Behoudens uitzonderlijke omstandigheden voorzien in de VerordeningMarktmisbruik of in dit Verhandelingsreglement, zal de Compliance Officer in elk geval een negatief advies formuleren indien de Betrokken Persoon of de nauw met een persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid verbonden persoon financiële instrumenten van de Vennootschap wenst te verhandelen tijdens een Gesloten Periode of Verboden Periode.

Het uitblijven van een negatief advies van de Compliance Officer doet echter geen afbreuk aan de toepassing van de wettelijke bepalingen zoals hierboven vermeld. Het eventueel stilzwijgen van de Compliance Officer over de verrichting gedurende meer dan twee bankwerkdagen wordt beschouwd als een negatief advies.

Indien de transactie doorgaat, moet de Betrokken Persoon of de nauw met een persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid verbonden persoon de Compliance Officer hiervan informeren uiterlijk op de eerste dag na de verrichting, met vermelding van het aantal verhandelde financiële instrumenten en de prijs waartegen zij werden verhandeld.

III 1.5. A posteriori melding bij de FSMA

Personen met leidinggevende verantwoordelijkheid alsook nauw met hen verbonden personen moeten de transacties met betrekking tot financiële instrumenten die zij hebben uitgevoerd voor eigen rekening tevens melden aan de FSMA.

Deze meldingsplicht aan de FSMA slaat tevens op de volgende transacties met betrekking tot financiële instrumenten:

(a) het als zekerheid verstrekken (met het oog op de verwerving van een specifieke kredietfaciliteit) of uitlenen van financiële instrumenten van de Vennootschap door of namens de persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid of nauw met deze verbonden persoon;

(b) transacties uitgevoerd door een persoon die beroepsmatig transacties aangaat of verricht of een persoon die anderszins optreedt namens een de persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid of nauw met deze verbonden persoon, ook indien daarbij discretionaire bevoegdheid wordt uitgeoefend;

(c) transacties in het kader van een levensverzekeringspolis waarbij een de persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid of nauw met deze verbonden persoon de polishouder is die het beleggingsrisico draagt en die de (discretionaire) bevoegdheid heeft om beleggingsbeslissingen te nemen of transacties te verrichten in verband met specifieke instrumenten in die levensverzekeringspolis;

(d) transacties in aandelen of rechten van deelneming in beleggingsfondsen, met inbegrip van alternatieve beleggingsinstellingen (abi's) zoals bedoeld in artikel 1 van Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad (voor zover vereist door artikel 19 van Verordening (EU) nr. 596/2014);

(e) transacties uitgevoerd door de beheerder van een abi waarin een de persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid of nauw met deze verbonden persoon heeft belegd (voor zover vereist in artikel 19 van Verordening (EU) nr. 596/2014); en

(f) transacties uitgevoerd door een derde partij binnen een individuele portefeuille of mandaat tot vermogensbeheer namens of ten behoeve van een de persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid of nauw met deze verbonden persoon.

De bij de FSMA aan te melden transacties worden nader gepreciseerd in artikel 19(7) van de Verordening Marktmisbruik en artikel 10 van gedelegeerde verordening (EU) nr. 2016/522. Aan de hiervoor bedoelde meldingsplicht moet uiterlijk 3 werkdagen na de datum van uitvoering van de transactie worden voldaan.

De modaliteiten van deze meldingsplicht worden geregeld door artikel 19 van de Verordening Marktmisbruik, en hebben betrekking op de termijn van verklaring, de mogelijkheid om de verklaring uit te stellen voor transacties van minder dan EUR 5.000 op jaarbasis, de te vermelden informatie en de wijze van bekendmaking van deze transacties. Een mededeling van de FSMA van 18 mei 2016 getiteld “Praktische instructies bij de Marktmisbruikverordening” (die beschikbaar is op de internetsite van de FSMA) bevat een aantal nuttige preciseringen in verband met deze meldingsplicht. De transacties moeten worden gemeld door de persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid, al naar gelang het geval, de nauw met een persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid verbonden persoon (of door een lasthebber, handelend onder de verantwoordelijkheid van de persoon met leidinggevende verantwoordelijkheid of nauw met deze verbonden persoon) via een applicatie voor online melding die voorziet dat de gemelde transacties na validatie door de Vennootschap worden doorgemeld aan de FSMA. De FSMA maakt de gemelde transacties openbaar op haar website.

III 1.6. Gesloten en Verboden periodes

De Betrokken Personen en de nauw met hen verbonden personen mogen geen transacties doorvoeren met betrekking tot de financiële instrumenten van de Vennootschap, gedurende:

  • De periode van 30 dagen voorafgaand aan de bekendmaking van de jaarlijkse en halfjaarlijkse resultaten van de Vennootschap eindigend één uur na de bekendmaking van de resultaten via een persbericht op de website van de Vennootschap, of indien de resultaten worden bekendgemaakt binnen een periode van minder dan 30 dagen na afsluiting van de betrokken boekhoudperiode, de periode vanaf de afsluiting van het boekjaar tot en met de datum van bekendmaking eindigend één uur na de bekendmaking van de resultaten via een persbericht op de website van de Vennootschap.
  • De periode van 7 dagen voorafgaand aan de bekendmaking van de kwartaalresultaten van de Vennootschap eindigend één uur na de bekendmaking van de resultaten via een persbericht op de website van de Vennootschap; (beide worden aangemerkt als een “Gesloten Periode”).
  • Of tijdens elke andere periode die als gevoelig kan worden beschouwd en als dusdanig wordt gecommuniceerd door de raad van bestuur waarbij een kennisgeving per e-mail vermoed wordt als voldoende kennisgeving te gelden (“Verboden Periode”).

Op dit verhandelingsverbod wordt een uitzondering gemaakt voor (i) de verwerving van financiële instrumenten in het kader van een kapitaalverhoging met behoud van het voorkeurrecht van de bestaande aandeelhouders of met een onherleidbaar toewijzingsrecht voor bestaande aandeelhouders, (ii) de verwerving van aandelen in het kader van de uitoefening van het keuzedividend, (iii) de vervreemding van aandelen in het kader van een openbaar overnamebod in de zin van de Wet van 1 april 2007 op de openbare overnamebiedingen en haar uitvoeringsbesluiten en (iv) de verwerving van financiële instrumenten in het kader van een door de Vennootschap opgesteld winstdelingsplan.

Aan het einde van elk boekjaar zal de compliance officer de Gesloten Periodes voor het volgende boekjaar per e-mail meedelen aan de Betrokken Personen. Evenzo zullen alle wijzigingen daarin in de loop van het boekjaar worden meegedeeld. Betrokken Personen moeten hun vermogensbeheerders of andere personen die voor hun rekening handelen de instructie geven om niet te verhandelen tijdens besloten periodes. Betrokken Personen moeten alles in het werk stellen opdat de nauw met hen verbonden personen geen effecten verhandelen tijdens besloten periodes.

III 1.7. Preventieve maatregelen

III. 1.7.1. Beperkingen op speculatieve handel

De Vennootschap is van oordeel dat speculatieve handel door Betrokken Personen in haar financiële instrumenten onwettelijk gedrag, of tenminste de schijn van dergelijk gedrag, in de hand werkt. Daarom wordt hierbij overeengekomen dat de Betrokken Personen geen van de hierna volgende handelingen zullen stellen met betrekking tot de financiële instrumenten van de Vennootschap:

  • Het opeenvolgend verkrijgen en vervreemden van financiële instrumenten op de beurs in een tijdspanne van minder dan 3 maanden.
  • Het verkrijgen of vervreemden van verkoop- en aankoopopties (‘puts’ en ‘calls’).
  • Het doen aan “short selling” (d.i. elke transactie in één of meer financiële instrumenten van de Vennootschap die de verkoper niet in eigendom heeft op het ogenblik dat hij de verkoopovereenkomst sluit, met inbegrip van een dergelijke transactie wanneer de verkoper op het ogenblik dat hij de verkoopovereenkomst sluit, de financiële instrumenten heeft geleend of een overeenkomst heeft gesloten om de financiële instrumenten te lenen met het oog op het leveren ervan bij de afwikkeling).

III. 1.7.2. Richtlijnen om het vertrouwelijk karakter van bevoorrechte informatie te bewaren

Hierna volgen enkele richtlijnen die elke Betrokken Persoon moet naleven met het oog op het bewaren van het vertrouwelijk karakter van Voorwetenschap:

  • Codenamen gebruiken voor gevoelige projecten.
  • Paswoorden gebruiken op het computersysteem om de toegang te beperken tot de documenten waarin vertrouwelijke informatie te vinden is.
  • De toegang beperken tot de ruimtes waar Voorwetenschapkan worden teruggevonden of waar over vertrouwelijke informatie wordt gediscussieerd.
  • Vertrouwelijke informatie veilig wegbergen.
  • Vertrouwelijke informatie niet bespreken in publieke plaatsen (bv. liften, hal, restaurant).
  • Op gevoelige documenten het woord “vertrouwelijk” aanbrengen en gesloten enveloppen met vermelding “vertrouwelijk” gebruiken.
  • Het kopiëren van vertrouwelijke documenten zoveel mogelijk beperken.
  • Indien gepast, een register laten ondertekenen door de personen die vertrouwelijke informatie consulteren.
  • De toegang tot bijzonder gevoelige informatie beperken tot de personen die er noodzakelijk van op de hoogte moeten zijn.
  • Op verzoek van de raad van bestuur of op initiatief van de Voorzitter van de Raad van bestuur of de CEO, een lijst bijhouden, en regelmatig bijwerken, van de personen die toegang hebben tot vertrouwelijke informatie.
  • Vertrouwelijke informatie nooit onbewaakt achterlaten.
  • Bij het faxen/mailen van vertrouwelijke informatie altijd het faxnummer/mailadres controleren en verifiëren dat iemand met toegang tot deze informatie aanwezig is om de informatie te ontvangen.

Bovenstaande richtlijnen hebben geen exhaustief karakter. In concrete omstandigheden moeten bovendien alle andere gepaste maatregelen worden genomen. In geval van twijfel, dient de Betrokken Persoon de Compliance Officer te contacteren.

III 1.8. Verbod op marktmanipulatie

Overeenkomstig artikel 12 van de Verordening Marktmisbruik, is het de Insider onder meer verboden om:

  • Een transactie aan te gaan, een handelsorder te plaatsen of elke andere gedraging:
    • Die daadwerkelijk of waarschijnlijk onjuiste of misleidende signalen afgeeft met betrekking tot het aanbod van, de vraag naar of de koers van een financieel instrument.
    • Of die de koers van één of meer financiële instrumenten daadwerkelijk of waarschijnlijk op een abnormaal of kunstmatig niveau brengt.
  • Tenzij de persoon die de transactie aangaat, de handelsorder plaatst of andere gedragingen verricht, aantoont dat zijn beweegredenen voor deze transactie, deze order of dit gedrag gerechtvaardigd waren en in overeenstemming waren met de gebruikelijke marktpraktijken zoals vastgesteld overeenkomstig artikel 13 van de Verordening Marktmisbruik.
  • Een transactie aan te gaan, een handelsorder te plaatsen of elke andere activiteit of gedraging met gevolgen of waarschijnlijke gevolgen voor de koers van een of meer financiële instrumenten, waarbij gebruik wordt gemaakt van een kunstgreep of enigerlei andere vorm van bedrog of misleiding.
  • Informatie te verspreiden, via de media, met inbegrip van internet, of via andere kanalen, waardoor daadwerkelijk of waarschijnlijk onjuiste of misleidende signalen worden afgegeven met betrekking tot het aanbod van, de vraag naar of de koers van een financieel instrument, of de koers van een of meer financiële instrumenten daadwerkelijk of waarschijnlijk op een abnormaal of kunstmatig niveau wordt gebracht, met inbegrip van de verspreiding van geruchten wanneer de persoon die de informatie verspreidde, wist of had moeten weten dat de informatie onjuist of misleidend was.
  • Onjuiste of misleidende informatie of inputs in verband met een benchmark te verspreiden wanneer de persoon die de informatie of de input verspreidde, wist of had moeten weten dat de informatie onjuist of misleidend was, of enigerlei andere gedraging waardoor de berekening van een benchmark wordt gemanipuleerd.

III 1.9. Door derden gevoerde beheer van geldmiddelen

Wanneer een Betrokken Persoon zijn/haar geldmiddelen door een derde laat beheren, zal de betrokkene aan die derde de verplichting opleggen om bij transacties met financiële instrumenten van de Vennootschap dezelfde beperkingen in acht te nemen die van toepassing zijn op de Betrokken Persoon zelf met betrekking tot de verhandeling van de financiële instrumenten.

Een uitzondering hierop bestaat wanneer de derde op grond van een schriftelijke overeenkomst het discretionair beheer heeft en de Betrokken Persoon geen enkele invloed uitoefent op het door de derde gevoerde beheer en de keuze van de financiële instrumenten, en die derde de Insider hier niet over raadpleegt.

III 1.10. Duur

Zonder afbreuk te doen aan de naleving van de toepasselijke wet- en regelgeving, zijn de Betrokken Personen door dit Verhandelingsreglement gebonden tot drie maanden nadat zij hun functie in de Vennootschap hebben beëindigd.

III 1.11. Wijzigingen

De raad van bestuur behoudt zich het recht voor dit Verhandelingsreglement te wijzigen. De Vennootschap zal de Betrokken Persoon op de hoogte brengen van deze wijzigingen via e-mail en kopieën van het gewijzigd reglement ter beschikking te stellen. De Betrokken Personen dienen zichzelf te vergewissen van eventuele wijzigingen in de toepasselijke wetgeving.

III 1.12. Privacy

De informatie verstrekt door de Betrokken Persoon overeenkomstig dit Verhandelingsreglement zal door de voorzitter van de raad van bestuur worden verwerkt overeenkomstig de wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer van 8 december 1992, zoals gewijzigd door de wet van 11 december 1998 (“Privacywet”) met het oog op de voorkoming van misbruik van Voorkennis. Op grond van de Privacywet heeft elke Betrokken Persoon toegang tot zijn/haar persoonsgegevens en heeft hij/zij het recht eventuele fouten te verbeteren.